Ontvankelijkheid - Vervuld

Overweging van Jozef Essing OP op de zondag van de 4e advent, 22 dec 2024

Lezingen: 1 Samuel 16,1-13 en Lucas 1,39-45

Lees of print je de overweging liever als PDF? Die vind je hier.

Hier vind je andere overwegingen (en hier de overwegingen tot april 2023).

Overweging

Speurend op het internet zag ik een verrassend plaatje voorbij komen: een Palestijnse vrouw in een (bedreigde) olijfgaard op de Westbank, samen met een Israëlische, haar beschermster en vriendin geworden. De een toont aan de ander een foto van haar kinderen. Tegen de overmacht van zwart-wit denken in zijn zij hecht verbonden. Zij laten de zachte krachten zien, tegenover die van het geweld.

In die trant bij uitstek worden Maria en Elisabeth getekend: geen rivaliteit, geen ego dat onderling contact in de weg ziet: hogere bezoekt lagere en oudste begroet jongste - de omgekeerde wereld.
ze zijn niet vol van zichzelf maar van het werk van Gods Geest in hen; zij laten het gebeuren - “Laat uw wil mij gebeuren”, zei Maria. Met grote haast gaat Maria - het zal ook van de herders gezegd worden -, de haast van blije mensen - zoals kinderen rennen naar het pakje van Sint. Hun geloof in wat God laat groeien in hen, barst uit in gejubel. Zij zijn niet bang voor het onbekende maar laten zich erdoor verrassen Ze zijn blij met elkaar, de een zet de ander op de voorgrond. Indrukwekkend wordt het uitgebeeld in een oude muurschildering De middelste ogen van de twee vallen samen in één blik op de toekomst. Je zou zeggen: de messiasverwachting komt pas op sterkte als je in elkaar weet te zien wat daar in het verborgen groeit. De toekomst is immers niet 'ieder voor zich' maar 'wij samen'.

Advent is de tijd van g e w a a g d e v e r w a c h t i n g - ja gewaagd: saamhorigheid namelijk in een wereld vol oorlogskreten en bruut geweld. Een visioen dat ook een uitdaging is voor de eigen gemeenschap, waar het kan botsen door rivaliteit die de verbondenheid overstemt. De vrede kunnen wij niet maken, zo bidt een eucharistiegebed terecht. Ook in ons moet de Vredevorst verwekt worden door Gods Geest.

Maar dat is geen nietsdoen. Godsvertrouwen is niet passief afwachten. Het is ontvankelijk zijn, alert voor wat je gegeven zal worden, iets verborgens dat je nu nog niet ziet maar aan de dag zal komen.
Je staart je dan niet blind op eigen stellige verwachting verwachtingen - je legt je ideeën niet op, verheft ze niet tot de goddelijk macht - , maar blijft met open oog kijken naar wat je ter plekke aangereikt wordt, naar wat je vindt of wordt ingegeven, naar wat verborgen groeit in ieder. Geen zekerheid vooraf is het, maar bedacht zijn op het o n v e r w a c h t e - en dat verruimt je, trekt je uit jezelf, brengt mensen tot elkaar.

Maria en Elisabeth zetten ons op het spoor van de ware verwachting: geloof dat je toekomst in je draagt, het werk van Gods Geest in je, én geloof in de ander: dat de Geest ook daar aan het werk is. De opruiers en de grootdoeners trekken met alle middelen de aandacht; maar de toekomst wordt gevormd door wie over het hoofd wordt gezien, door de stille krachten die uit de aandacht worden weggedrukt. Ondersteun vredesmensen, geef aan hen je aandacht; wees er zelf een. Laat je niet door de aandachttrekkers imponeren. Geloof in de kracht die in het kleine en opzij gedrukte  onopvallend aan het werk is.

Daarom die verhalen over Saul en David, waaruit we lezen in deze Advent. Saul heeft het postuur van een vechter, is geducht tijdens woedeaanvallen. Tegenover deze macho wordt David getekend als het volslagen tegendeel: een mooie jongen met sprekende ogen. Niets voor stoere mannen: kan geen opvolger zijn voor Saul, telt gewoon niet mee, wordt niet gezien. Maar hij is de enige die Sauls luimen weet te bedaren met zijn harpspel; en geen ander kan reus Goliath die rekent op kracht en harnas, verslaan. Hij zoekt zijn kracht niet in eigen macht, maar in Godsvertrouwen.

Het is David, niet Saul, die de geschiedenis is ingegaan als vredevorst. Ondanks grote fouten - hij liet zijn trouwste soldaat uit de weg ruimen - bleef hij de jongen die speelde op de harp voor de Heer van alle machten. En heel kwetsbaar geworden aan het eind deed hij zich niet groter voor:
een koning die niet overweldigt maar ondersteunt, weet heeft van ellende. Jezus Messias zal daarom ‘zoon van David’ worden genoemd. Hij zal aarden naar vader David, niet naar Saul.

Wat voor uitwerking die houding heeft ondervonden wij broeders onlangs Het hoofd van de orde kwam op visitatie, maar anders dan wij dachten. “Ik kom niet om te controleren; ik kom om te bemoedigen”, zei hij. Hij maakte dat waar in zijn spontane lach en ontwapend spreken. Hij was vrij van dwingende ideeën, van wat zo moet en niet anders. Hij stelde zich niet boven ons, was een hartelijke bemoedigende broeder. En dat ontspant, neemt in, bemoedigt en verdrijft sombere gedachten, zoals ooit Davids harpmuziek genezend inwerkte op de gespannen Saul.

Net als Maria was hij ooit geschrokken - “Dit is te groot voor mij” -  toen een boodschapper kwam (meldend zijn verkiezing tot ordesmagister). Maar hij nam het aan in vertrouwen op Gods hulp en die v/d broeders. Dat maakte hem tot een opgewekte en opbeurende medebroeder. Godsvertrouwen doet je niet wegdromen, maar maakt je klaarwakker; het vertrouwt in de diepste ellende op de hulp die anders is dan je denkt.