Overweging van Jozef Essing OP op het feest van St. Thomas van Aquino,
26 jan 2025
Lezingen: Lucas 4, 14-21 en 1 Korinthiërs 1, 17-21
Lees of print je de overweging liever als PDF? Die vind je hier.
Hier vind je andere overwegingen (en hier de overwegingen tot april 2023).
Overweging
Soms, een enkele keer, komen in het journaal beelden voorbij die hoop geven.
Zo zagen we de inwoners van Aleppo van vreugde dansen op straten en pleinen.
De tiran is gevlucht. Gevangenissen gaan open. Mensen zien weer toekomst.
Is het echt? komen we onder het verleden uit? kunnen we nieuw beginnen in vrijheid?
Iets dergelijks moet voelbaar zijn geweest toen Jezus sprak in de synage van Nazareth:
Ik ben hier om goed nieuws te melden voor noodlijdenden, vrijlating voor gevangenen
De toehoorders zijn gespannen. Ligt de toekomst weer open?
Bijbels gesproken: wordt het een genadejaar, valt de last van het verleden van ons af?
Het begin van Jezus’ optreden ziet er inderdaad hoopvol uit
Hij bevrijdt mensen van demonische machten die hen gevangen houden
ze worden weer vrij om er te zijn en contact te maken met hun omgeving
Ze gaan open; een teken dat er een regiem gekomen is dat niet uit is op macht.
Ze weten zich gekend en gezien in hun nood. Hart voor mensen staat voorop;
Het oude bewind van demonen heeft plaats gemaakt voor Gods bestuur, Gods rijk.
Bode Johannes in de gevangenis mag weten dat hij de goede heeft aangekondigd.
Hij gaat naar Jeruzalem. Ieder is vol verwachting. Daar zal het gebeuren: de inauguratie.
Maar neen. Hij wordt beschuldigd, ter dood veroordeeld, terecht gesteld als een slaaf.
Hij die de demonen uitdreef bij anderen, kan zichzelf niet redden.
De duivels in de geestelijke leiders die hem vonnissen kunnen hun gang gaan
En het verbijsterende is, dat dit zo moet – het zijn zijn eigen woorden!
Wat is dit? Is dit goed nieuws, evangelie? Kun je hier blij van worden?
Is dit wijs beleid, hulp in de naam van de Heer?
Wat hebben we aan een redder die zichzelf niet kan redden?
‘Wat hebben we aan een redder die zichzelf niet kan redden?’ Waarom sta ik hierbij stil?
Omdat de patroon van dit klooster, deze kerk, onze gemeenschap, die we vandaag vieren,
zijn hele leven heeft besteed aan zulke kritische tegengeluiden.
Geloven is voor hem niet domweg opzeggen van het credo, blinde aanvaarding.
Sint Thomas van Aquino staat in een traditie van geloof dat zoekt te verstaan
En dat verstaan is gebaat met lastige vragen; die houden het geloof scherp.
Elk hoofdstuk van zijn handboek begint met: Het schijnt eerder niét dan wél zo te zijn
En hij laat zijn opponenten niet aan het woord om ze daarna de mond te snoeren
maar om scherp te krijgen - te onderscheiden : in welk verband moet je het zien?
Wat wordt ermee bedoeld en wat niet, als we bijvoorbeeld zeggen
dat de Heer moést lijden, dat hij zichzelf niet kón en mocht redden?
Thomas denkt bij het lijden van de Heer, zijn passio, niet aan passief ondergaan,
- geofferd worden als genoegdoening voor de beleding van God, een soort eerwraak -
maar aan een actieve inzet van Jezus zelf: passio verbindt hij met patientia, geduld
- het leven nemen zoals het komt, er doorheen gaan, uithouden, open houden, ontvankelijk voor
wat ter plekke aan ondersteuning geboden wordt.
Daarmee vereenzelvigt hij zich met een hele geschiedenis vóór hem
van mensen die door water en woestijn heen moesten om het land van vrede in te gaan,
Twee zondagen geleden hebben we gevierd dat Jezus zich laat dopen.
Hij geeft daarmee aan, dat Hij niet boven anderen wil zweven
maar tussen hen in wil doormaken wat er komt, en er doorheen gaan.
Dat is een bemoediging voor mensen die het zwaar te verduren krijgen: zij weten zich gezien.
Daarom kwam de episcopaalse Marianne Budde tegenover Trump bij diens inauguratie
op voor medemenselijkheid ten aanzien van immigranten zonder documenten,
en naar mensen toe die niet simplistisch als man of vrouw te klasseren zijn.
Maar er is meer. Lucas de evangelist merkt op dat Jezus tijdens zijn doop in gebed is.
Dat schrijft hij niet zomaar neer als een vrome opmerking, maar met een bedoeling.
Een bidder nl. doet niet zichzelf gelden, verwacht het niet van eigen vermogen,
maar hoopt op God, opent zich voor de kracht die van boven komt.
Paulus zal het nog scherper stellen: hij heeft afstand gedaan van al zijn titels,
van alle macht waarop hij recht heeft, en is gelijk geworden aan een slaaf.
Hij wílde niet zichzelf redden maar worden als iemand die niets in te brengen heeft.
Waarom? Om een en al ontvankelijkheid te worden en God te laten gebeuren.
Waarom weer die ‘God’ die het moet doen? Zijn we dan zo onmachtig?
Zeker, technisch kunnen we heel wat; maar humanitair lopen we steeds vast.
We zijn als een technocraat die opdrachten invoert in een robot, zoals:
voedselproductie, verkeer en communicatie, levensreddende medische zorg. Verbazingwekkend wat de techniek dan levert.
Aangemoedigd door het succes legt de technocraat de lat nu hoger:
honger de wereld uit, contact van mens tot mens, elkaar laten leven.
Het brein loopt rood aan van de beelden van honger, verwoesting en oorlogsdoden;
het raakt oververhit; een vernietigende steekvlam is het einde.
Kijk, we willen allen vrede. Maar tegelijk roert zich steeds iets in ons
dat die vrede in de weg staat: het dikke ego - Paulus noemt dit ‘de oude mens’.
Daarom bidden wij steeds om de vrede die wij zelf niet kunnen maken
In een moeizaam proces, roepend vanuit de diepte - in navolging van Jezus -
leveren wij die oude mens in bij God om de nieuwe te ontvangen
om onder invloed te komen van de Machtige, in de ruimte van zijn heer-lijkheid en kracht God, Gods overwicht, moet aan ons gebeuren.
Werken aan echte vrede gaat niet zonder gebed, zonder jezelf te laten omvormen.
- ‘Vrede op aarde’ kan niet buiten ‘Eer aan God in den hoge’.
Juist omdat Jezus zichzelf niet gered heeft, is hij de redder van de wereld geworden:
omdat hij niet groot ging op zichzelf, het niet zocht in zelfredzaamheid
maar de Enige liet werken die overwicht heeft op de demonen van het geweld.
Het zou een krachtige boodschap zijn - ontvankelijk zijn gaat boven zelfredzaamheid -
als christenen zich daarin zouden verenigen,
nu vandaag de internationale bidweek voor de eenheid sluit.
In ons land houdt de samenleving ‘geloof’ achter de voordeur als niet ter zake;
maar zij gelooft wel kritiekloos in zelfredzaamheid en ‘ieder voor zich’!
En aan de andere kant van de oceaan is ‘geloof’ iets om trots uit te dragen,
maar dan wel om grootheidswaan kracht bij te zetten, die zich afzet tegen anderen.
Wij christenen hebben een tegengeluid uit te zenden:
Wij geloven niet in de kapitalistische droom van de krantenjongen die zich omhoog werkt
en neerkijkt op de tobber die het niet haalt - “had die maar meer zijn best moeten doen”.
Wij geloven dat niemand het redt zonder barmhartigheid en hulp - van elkaar, van God.
Om gelukkig te leven in vrede zijn wij allen aangewezen op een geestkracht
die wij niet maken, die ons gegéven wordt, een kracht die werkt in menselijke broosheid.
Daarin zijn wij allen gelijk. Iéder mens is kwetsbaar en tegelijk kostbaar.”