De ziel van gastvrijheid

Overweging van Corinne van Nistelrooij OP in de viering van 2 juli 2023.

Lezingen: 2 Koningen 4,8-17 en Matteüs 10,5.38-42

 

We hoorden in de eerste lezing over een vrouw die haar huis royaal openstelt voor een gast. Ze vraagt hem te komen eten en vervolgens wil ze zelfs een extra kamer voor hem bouwen.

Dat is bijzonder. Je begint je af te vragen: wat wil ze? Waarom bouwt ze boven op haar huis een kamer voor Elisa? In de tekst staat dat ze dat doet omdat ze ontdekt heeft dat Elisa een profeet is. “Die godsman die telkens bij ons op bezoek komt, is beslist heilig”, zo staat er. De vrouw herkent in Elisa dus ’een man van God’.

Een man van God… Wat moeten u en ik daar mee? Ontmoeten wij wel eens een man van God? Hoe ziet hij er dan uit? Is dat een dokter die mensen opereren kan? Is het een pater die een kind zegent? Is het de dakloze met zijn krant bij de supermarkt, de klimaatactivist op de A12, of misschien de man naast u in de kerk?

Een man van God… Als we ons dat afvragen komen we bij een grote vraag: wie of wat ís God voor jou? Wie of wat ter wereld is de zin van dit bestaan en van al wat geschapen is?

Meestal stellen we zo’n grote vraag helemaal niet, hebben we onze bezigheden en onze afspraken, onze vreugde en ons oud zeer. En tóch geloof ik zeker dat we er dag in, dag uit mee bezig zijn. Vanaf het moment dat we opstaan tot we slapen gaan zijn we bezig een antwoord te geven op de vraag naar de zin van ons leven. In de gewone dingen die we doen, in het leven van alledag ligt denk ik het antwoord.

Zo is ook de vrouw uit de eerste lezing bezig. Ze maakt haar huis groter, niet om er theekransjes te houden of mooie planten te kweken. Nee, ze bouwt zodat er iemand bij kan, ze bouwt uit gastvrijheid. In dit geval is de extra ruimte bestemd voor Elisa.

Gastvrij zijn is een levenswijze, het vraagt een vriendelijk gericht zijn op de ander. Een warme bejegening, er voor zorgen dat hij of zij zich welkom weet, thuis voelt. Iemand klopt aan, doe je de deur open of niet? Laat je iemand binnen? En wat als het je niet uitkomt? Help je iemand die in nood is of niet?

De profeet Elisa wordt zomaar ontvangen. De vrouw in de lezing bouwt een kamer voor hem zonder dat hij er om vraagt. Durven wij dat nog? Durven wij ruimte te scheppen voor een ander? Ook als die ander andere gewoontes of gebruiken heeft? Durven, kunnen, wíllen wij voor een ander een kamer vrijmaken?

Gisteren was het 1 juli, Keti Koti, en startte het Herdenkingsjaar Slavernijverleden. Op de nationale herdenking gisteren vroeg onze koning vergiffenis voor het feit dat zijn eigen voorouders niet opstonden tegen de gruwelijkheden. Hij noemde de slavernij een misdaad tegen de menselijkheid en hij maakte een postuum excuus aan alle tot slaaf gemaakten die wereldwijd hebben geleden. Excuus aan hun dochters en zonen, en aan al hun nazaten tot in het hier en nu.

Excuses zijn een eerste stap. Veel méér is er nog nodig om de pijn van het slavernijverleden te genezen.

In het licht van de thematiek van vandaag kunnen we stellen dat slavernij totaal het tegenovergestelde is van gastvrijheid. Waar slavernij mensen reduceerde tot arbeidskrachten zonder rechten, wil gastvrijheid mensen open ontvangen en aanvaarden. Waar slavernij mensen wreed behandelt en bejegent als ondergeschikten wil gastvrijheid juist aan de ander ruimte bieden en het hem of haar naar de zin maken. Bij slavernij wordt een mens levenslang gebrandmerkt, wordt alle menselijkheid afgenomen, en dat is volledig tegengesteld aan de kern, de ziel, van gastvrijheid, waar de basis ‘eerbied’ is.

Vandaag hebben we het hier over díé ziel van gastvrijheid. We realiseren het ons meestal niet maar de ontmoeting met een ander zou een sacraal, meditatief karakter moeten hebben.

Want je staat in de ontmoeting met een ander mens op heilige grond.

De eerbied en het respect voor de ander is zó belangrijk dat je het de diepste grond in de mens zou kunnen noemen. Immers de liefde voor de ander staat in de Schrift beschreven als de toegang tot de Eeuwige… “Wie jullie ontvangt ontvangt mij, en wie mij ontvangt ontvangt Hém die mij gezonden heeft”, zo zegt Jezus tegen zijn leerlingen in het evangelie van vandaag.

De plaats waar wij staan, op de plek waar we leven, dáár kunnen we goddelijk leven laten oplichten. God woont daar waar wij een ander eerbiedig toelaten. Eerbied wekt bij een ander verborgen levenskracht. Het brengt de ander tot vertrouwen in zichzelf, tot geloof in zichzelf. En mensen hebben dat nodig. Alle mensen hebben dat nodig! Zelfs een profeet als Elisa (op wie de geest van de grote Elia rustte) is dankbaar en blij met de inspanningen van de vrouw voor hem. Hij wil iets terug doen! Als dank voor haar genereuze aanbod voorspelt Elisa dat de kinderloze vrouw zwanger zal worden en over een jaar een kind zal krijgen. Een kind, een zoon, dat betekende in die dagen: toekomst!

En zo horen we vandaag dat wie vol eerbied gastvrijheid verleent, en ruimte maakt voor wie aan de deur klopt, nieuw leven zal ontvangen.

Uiteindelijk denk ik dat het in deze lezing niet zo zeer gaat om een mán van God maar dat het draait om onze ontmoeting met een vróúw van God! Zij is degene die voorstelt om een extra kamer te bouwen. Zij is gastvrij en maakt ruimte in haar hart en in haar huis. Die vrouw van God - wat mij betreft is zij de profeet.

 

Lees of print je de overweging liever als PDF? Die vind je hier.

Andere overwegingen vind je op de pagina 'inspiratie'.
Overwegingen van vóór april 2023 vind je hier