Voor God is niets onmogelijk

Overweging van Anneke Grunder OP op de vooravond van de Vierde zondag van de Advent (B), 23 december 2023.

Lezingen: Genesis 25,1-4.7-11 en Lucas 1,26-38

Lees of print je de overweging liever als PDF? Die vind je hier.

Hier vind je andere overwegingen (en hier de overwegingen tot april 2023).

 

ADVENT

In onze onrustige wereld van vandaag worden vele mensen uit hun vertrouwde omgeving verjaagd. Oorlog, geweld en armoede maken dat mensen tegen elkaar worden uitgespeeld. In vrede samenleven lijkt onmogelijk en oplossingen ver weg.
De Advent voedt ons verlangen naar een nieuw begin, naar toekomst. En herbergt de verwachting van de komende Messias in zich; een Licht dat neerdaalt en mensen thuis brengt bij elkaar.

In deze Advent lezen we in het boek Genesis over aartsvader Abram, zijn vrouw Sarai en de slavin Hagar. Er worden twee zonen geboren: Ismaël en Isaak. Twee broers die een verschillende rol spelen in de geschiedenis van God met de mensen. Hoe pakt dit uit? De praktijk is weerbarstig en herkenbaar. Maar er is ook sprake van zegen.

Verkondiging

Vorige week hoorden we hoe Ismaël niet de zoon kan zijn, met wie Gods verbond verder gaat. Maar Abraham neemt zijn zoon wel  op in zijn familiekring. Beiden worden op dezelfde dag besneden en samen tot leden van Gods volk gemaakt. Ook de vreemdelingen in Abrahams huis worden opgenomen. Grenzen bestaan niet, afkomst telt niet.

En toch gaat het nog een tweede keer mis. Als Isaak geboren is gedraagt Ismaël zich spottend. Dan gebiedt Sara Abraham om Hagar en Ismaël weg te sturen. En dat gebeurt. Hagar en Ismaël vinden buiten Kanaän hun toekomst, hun toekomst mét God. Die laat hen niet vallen. Maar de droom van vreedzaam samenleven ligt wel aan scherven.

Het is het beeld van onze menselijk falen, onze onmacht en soms ernstige kwaad. Het kan dichtbij gebeuren, in vriendschappen, in gezinnen, in huwelijken waar relaties stroef lopen of zelfs springen. De pijn daarvan dragen we soms lang met ons mee. Het speelt ook tussen volkeren die elkaar betwisten. Om bestaansgrond, om veiligheid, om toekomst, zoals in de strijd tussen Israël en Hamas. En soms gaat het ook ‘gewoon’ om belangen,  of  - helaas - om heroïek en grootheidswaan. Hoe kan het licht dan door dit donker breken, als wegwijzer naar nieuwe toekomst?

De joodse wijzen zijn gewend Bijbelteksten kritisch te bevragen en op losse eindjes verder te denken.

Zo ontstond  de Midrasj als commentaar en aanvulling op de bijbel. Dat boek vertelt ons een bijzonder verhaal dat Abrahams trouw aan Hagar en Ismaël aan het licht brengt.

Als Isaak gaat trouwen wil hij niet dat zijn vader alleen blijft. Hij gaat daarom naar de bron waar Hagar naar toe vluchtte toen ze zwanger was: Lachai-Roi  -  God die mij aanziet, heet die bron. Isaak zoekt Hagar daar, om haar bij Abraham terug te brengen.Maar  Abraham trouwt toch met Ketura? Hoe zit dat dan?

Mensen hadden of kregen in die tijd vaak een tweede naam. Zo wordt Abram Abraham en Sarai wordt Sara.

De ontmoeting met de Eeuwige die haar aanziet  heeft Hagar veranderd. Wie zich inkeert, pijn onder ogen ziet  en Gods blik  durft aan te zien, ziet ook zichzelf  met al haar gebreken  en weet zich toch aanvaard.

Die wordt een ander mens: zachter, milder, buigzamer. Hagar wordt zo Ketura.  Die naam is afgeleid van Ketoret, en betekent reukwerk Met haar daden verspreidt zij nu een goede geur. De Midrasj zegt daarom dat Isaak Abraham en Hagar weer samenbrengt. Hagar eindigt niet als verschoppeling, maar als Abrahams vrouw. Inkeer als weg naar bevrijding voor ieder van ons.

Maar hoe zit het dan met Ismaël en Isaak? Hoe kan het dat ze samen aan Abrahams graf staan?

De vorige week hoorden we hoe Abraham  bij God opkomt voor Ismaël en hem opneemt in het verbond,

Hij houdt van zijn zoon, ook al is het niet zijn opvolger. De Midrasj vertelt daarom dat Abraham Ismaël in de woestijn is opzoek . Ismaël is niet thuis. Zijn vrouw Fatima weet niet dat het Abraham is, maar geeft hem te eten en te drinken. Abraham gaat dan staan en bidt tot de Heilige. En Ismaëls huis wordt vervuld van goede dingen. Als Ismaël thuis komt  vertelt zijn vrouw wat er gebeurd is. Ismaël herkent daarin zijn vader en weet zo dat die nog steeds van hem houdt. Hij trekt daar de consequentie uit: hij blijft niet verbitterd, maar legt contact. Hij verzoent zich met zijn familie. Isaak en Ismaël brengen Abraham samen naar zijn laatste rustplaats.

Nee, dit is geen zoetsappig verhaaltje. Daarvoor  kent de Joodse traditie teveel ups en downs. Het is wel de houding die je in de hele bijbel en ook in de psalmen steeds terug ziet: de noodzaak terug te keren naar een leven met de Eeuwige en zijn verbond,een leven in dienstbaarheid aan God en aan elkaar.

In dit verhaal schuilt hoop voor de toekomst. Zowel Joden als moslims voelen zich afstammelingen van Abraham. Joden via Isaak, moslims via Ismaël , die in de Islam een belangrijke aartsvader is.

Dit verhaal vertelt ons, juist nu, dat bij God niets onmogelijk is, dat wederzijds respect en vriendschap

tussen joden en moslims  kansen hebben, tegen alle verdrukking in. Wij als christenen zijn via de Joodse mens Jezus, die voor ons de Messias is, deel van die hoopvolle boodschap.

Daar op in gaan vraagt moed, want de toekomst is onzeker en het kwaad kan zomaar opduiken. En toch is het de enige weg: het vertrouwen dat  wat onmogelijk lijkt, bij God toch mogelijk is.

Vandaag wordt dat Maria door de engel aangezegd. Zij heeft als geen ander begrepen dat ze zich door die woorden mag laten leiden. Dat ze zich dienstbaar mag maken aan die hoop. Dat drukt ze uit met die prachtige klassieke woorden ‘mij geschiede naar uw woord’, ofwel ‘laat er met mij gebeuren wat u hebt gezegd’. Het getuigt van grote overgave aan zijn woord, met alle risico’s van dien. Het getuigt van een kracht die leven voortbrengt toekomst schept.

Dat wij hen mogen volgen
Abraham die trouw blijft
Hagar, die via inkeer geneest en verzacht
Ismaël en Isaak die zich verzoenen
Maria die met hen vertrouwt
dat bij God niets onmogelijk is.

Dat ook wij durven leven van overgave en vertrouwen opdat het kind van Bethlehem in ons ruimte van leven krijgt en het volle licht van de vrede mag opgaan in de duisternis van deze tijd.